Wat als Rob Jetten na 29 oktober minister-president wordt? Een peiling van journalist Wierd Duk op X (voorheen Twitter) geeft een harde indicatie van hoe dat idee landt: van de bijna 6.000 stemmers noemt 87,3 procent het vooruitzicht van "premier Jetten" een verschrikking. Slechts 8,6 procent ziet in hem een moderne, optimistische vernieuwer; 4,1 procent koos voor "anders namelijk". Met nog enkele uren te gaan is de trend onmiskenbaar: de animo voor een D66-premier is bij het brede publiek ver te zoeken.
Peiling op X zet de toon
Een onlinepeiling is geen representatief kieskompas, maar deze uitslag is wel tekenend voor het sentiment. De kloof tussen de Haagse werkelijkheid en wat veel kiezers ervaren, lijkt groter dan ooit. Waar de ene bubbel Jetten neerzet als de frisse, toekomstgerichte leider, lezen duizenden deelnemers aan de peiling vooral ongemak en weerstand af uit diezelfde profilering.
Geen hype buiten de Haagse bubbel
Al maanden probeert D66 het beeld te vestigen van Jetten als de moderne optimist die Nederland vooruit helpt. In talkshows en partijcampagnes klinkt het verhaal van "groene groei" en "klimaatneutraliteit". Buiten die setting blijkt de aantrekkingskracht echter beperkt. Voor veel kiezers staat Jetten symbool voor een technocratische bestuursstijl die grote woorden koppelt aan hoge rekeningen: duurdere energie, extra lasten en beleid dat vaak ver van het dagelijks leven staat.
Het leverde D66 eerder al het verwijt op dat de partij te veel leunt op Europese agendas, klimaatdoelen en symboolpolitiek, terwijl concrete problemen – betaalbaarheid, zekerheid, toegang tot goede publieke diensten – onderaan de stapel lijken te belanden. De peilingresultaten vallen naadloos in dat patroon: de belofte van vernieuwing voelt buiten Den Haag vooral als meer van hetzelfde.
Wat "premier Jetten" symboliseert
De felle reacties op de peiling gaan niet slechts over één persoon. Voor veel Nederlanders staat het idee van Jetten in het Torentje voor een richting die ze herkennen en afwijzen:
- De arrogantie van een bestuurdersklasse die zegt te weten wat goed is, maar weinig luistert naar zorgen van burgers.
- Klimaatbeleid dat in de praktijk de rekening doorschuift naar gezinnen, mkb en forenzen, zonder zichtbare verlichting op korte termijn.
- Een Europese agenda die nationale afwegingen overschaduwt en flexibiliteit op dossiers als migratie, energie en landbouw beperkt.
Daarbovenop komt de slepende stikstofproblematiek, waar jarenlang beleid en rechtspraak hebben geleid tot onzekerheid bij boeren, bouwers en provincies. In die context voelt een Jetten-premierschap voor veel kiezers als een versnelling van een koers die het vertrouwen in de overheid eerder heeft ondermijnd dan hersteld.
Binnen en buiten de Randstad
De spanning tussen politieke ambities en dagelijkse zorgen is niet nieuw, maar ze wordt scherp zichtbaar in de reactie op Jetten. De "nieuwe generatie" waar D66 mee schermt, oogt voor critici als een stylistische variant op de bestaande macht: gelikte presentaties en grote idealen, maar weinig besef van impact buiten de Randstad. De peiling van Duk legt dat sentiment bloot, ongeacht de demografische mix van respondenten.
Dat verklaart ook waarom woorden als "vernieuwing" of "transitie" zo’n dubbele lading hebben gekregen. Waar de politiek vooruitgang ziet, ervaren veel Nederlanders vooral verplichtingen, onzekerheid en hogere maandlasten. Tel daar bij op dat de overheid de afgelopen jaren worstelde met uitvoerbaarheid en rechtvaardigheid, en het wantrouwen is begrijpelijk.
Het scenario-Timmermans–Jetten
In discussies duikt geregeld het scenario op waarin Frans Timmermans en Rob Jetten gezamenlijk de lijnen uitzetten. Voor tegenstanders is dat het schrikbeeld bij uitstek: meer dwang via regelgeving, hogere lasten via klimaat- en energiebeleid, en minder beleidsruimte door Europese kaders. Of dat doembeeld uitkomt is de vraag, maar de reactie in de peiling laat zien hoe sterk deze associatie inmiddels is ingebakken.
De afgelopen jaren waren er bovendien meerdere momenten waarop het kabinet leunde op drang en dwang om doelen te halen, van stikstof tot energie. Dat voedt het gevoel dat de koers nog strakker wordt als juist deze leiders centraal komen te staan. Voorstanders zullen wijzen op urgentie en internationale verplichtingen; tegenstanders zien vooral een beleid dat zelden rekening houdt met draagvlak en uitvoering.
Een waarschuwing voor politiek Den Haag
Dat 87,3 procent van duizenden deelnemers "een verschrikking" aanklikt, is meer dan een plaagstoot op sociale media. Het is een signaal aan partijen die menen dat een frisse slogan volstaat om kiezers te overtuigen. De boodschap: de rek is eruit. Niet alleen in de portemonnee, maar ook in het vertrouwen dat offers eerlijk worden verdeeld, dat beleid logisch is uitgelegd en dat de overheid zelf de basis op orde heeft.
Wie deze uitkomst wegzet als online ruis, mist de dieperliggende onvrede. Het gaat over betaalbaarheid en bestaanszekerheid, over het gevoel gehoord te worden én over proportie in beleid. Zolang die zorgen niet centraal staan, werkt elk verhaal over toekomst en vernieuwing eerder als rode lap dan als inspiratie.
Conclusie: Nederland wil geen premier Jetten
De peiling van Wierd Duk is geen officieel stemhokje, maar de richting is duidelijk: het idee van Rob Jetten als premier stuit op brede weerstand. Waar D66 vernieuwing zegt te brengen, zien veel Nederlanders juist een voortzetting van een koers die hun vertrouwen heeft uitgehold. Als zo’n overweldigende meerderheid "nee" zegt, is dat geen incident maar een wake-upcall. De politiek kan dit negeren, maar doet er beter aan om het te lezen zoals het bedoeld is: als een stevige waarschuwing. Nog meer dwang en lasten, met minder vrijheid en draagvlak, is precies de route waar kiezers niet opnieuw voor willen betalen.








