De naam Justin Bijlow is onlosmakelijk verbonden met Feyenoord. Als kind van de club, doorgegroeid vanuit de jeugdopleiding naar het eerste elftal, staat hij symbool voor Rotterdams eergevoel, passie en strijdlust. Toch hangt er al jaren een donkere schaduw boven zijn carrière: blessures. Steeds weer opnieuw moest de 27-jarige doelman toekijken hoe zijn lichaam hem in de steek liet. En dat roept nu een pijnlijke, maar noodzakelijke vraag op: is het tijd voor Bijlow om zijn keepershandschoenen definitief aan de wilgen te hangen?
Blessurehistorie als zware last
Bijlow’s blessureleed is inmiddels legendarisch — maar op een tragische manier. Sinds zijn debuut voor Feyenoord heeft de keeper meer dan 200 officiële wedstrijden gemist wegens fysieke problemen. De teller van zijn daadwerkelijke speelminuten staat, ondanks zijn talent, op een schrikbarend laag aantal. In januari 2025 liep hij opnieuw een blessure op die hem weken aan de kant hield. Zijn plaats onder de lat werd intussen zonder pardon overgenomen door de stabielere Timon Wellenreuther.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat Robert Maaskant, oud-trainer en tegenwoordig analist, zich hardop afvraagt of het nog wel zin heeft dat Bijlow door blijft gaan als actief profvoetballer.
Maaskant: “Koop zijn contract af”
In zijn podcast De Maaskantine bij Sportnieuws.nl windt Maaskant er geen doekjes om. “Feyenoord zou zijn contract moeten afkopen. Geef hem in plaats daarvan een rol als keeperstrainer bij de jeugdopleiding. Hij is een kind van de club, hij verdient het om behouden te blijven voor Feyenoord, maar als speler houdt het op een gegeven moment gewoon op.”
Volgens Maaskant zou dit een elegante oplossing zijn. “Niet bij het eerste, maar bijvoorbeeld bij de Onder 18 of Onder 21. Hij kan doorgroeien in de trainersrol, misschien ooit zelfs bij het eerste elftal. Als hij echt nog bij de selectie wil blijven, dan als derde keeper. Dan kan hij die jonge jongens helpen. Maar hem nu nog als volwaardige eerste keeper zien? Dat is niet reëel.”
Reacties verdeeld: te vroeg voor afscheid?
De uitspraken van Maaskant roepen gemengde reacties op. Onder fans leeft er enerzijds begrip voor het standpunt: het is pijnlijk om telkens weer te zien hoe Bijlow met veel inzet en hoop terugkeert, om vervolgens weer geblesseerd te raken. De club moet door, en sportieve keuzes zijn hard.
Maar er is ook kritiek. Velen vinden het te vroeg om Bijlow nu al af te schrijven. “Hij is pas 27, dat is geen keeperspensioen. Geef hem nog één goed seizoen,” klinkt het op sociale media. Ook wordt gewezen op andere doelmannen — zoals Manuel Neuer en Marc-André ter Stegen — die op latere leeftijd ook fysieke tegenslagen wisten te overwinnen.
Bijlow zelf heeft zich nog niet publiekelijk uitgesproken over een eventueel einde aan zijn loopbaan. Wel liet hij eerder in interviews weten dat hij ‘alles op alles zet’ om weer fit te worden en te concurreren met Wellenreuther. De strijd lijkt dus nog niet gestreden.
Medisch dossier zorgt voor risico’s
Toch is de realiteit hard. Zoals Maaskant opmerkt: “Als je één keer wordt afgekeurd, kom je nergens meer door de medische keuring heen. Geen club, in geen enkel land, neemt dat risico.” En daarin schuilt het kernprobleem. Een transfer naar een andere club zou voor Bijlow praktisch onmogelijk zijn zolang hij blessuregevoelig blijft. Het is alles of niets bij Feyenoord.
Feyenoord moet knoop doorhakken
Dat stelt ook Feyenoord voor een strategische keuze. Hoofdtrainer Robin van Persie zal binnenkort moeten beslissen wie zijn eerste doelman wordt voor het seizoen 2025/2026: Bijlow of Wellenreuther. Beide doelmannen behouden is op sportief en financieel vlak geen optie. Dus moet de club een richting kiezen.
Martijn Krabbendam van Voetbal International bevestigde dat Van Persie zich opmaakt om binnen twee weken duidelijkheid te verschaffen. Die beslissing zal niet alleen invloed hebben op Bijlow’s toekomst bij de club, maar mogelijk ook op zijn carrière als geheel.
Een creatieve toekomst voor een kind van de club
Maaskant wijst op een mogelijke ‘plan B’ voor Bijlow: de trainersrol. Feyenoord heeft in het verleden vaker oud-spelers weten te behouden voor de club in een andere hoedanigheid. Denk aan Giovanni van Bronckhorst, Dirk Kuyt en Robin van Persie zelf. Voor iemand als Bijlow, met zijn binding met de club en ervaring op hoog niveau, zou een rol als keeperstrainer of mentor binnen de opleiding een logische vervolgstap kunnen zijn.
Bijlow’s passie voor Feyenoord is nooit in twijfel getrokken. Hij doorliep de hele jeugdopleiding, debuteerde op 19-jarige leeftijd in het eerste en werd later ook Nederlands international. Het zou zonde zijn om die ervaring en dat clubgevoel verloren te laten gaan.
Conclusie: tijd voor reflectie, niet haast
Is het tijd voor Justin Bijlow om te stoppen? Misschien niet direct. Maar het is wél het moment om eerlijk in de spiegel te kijken. Zijn lichaam heeft hem te vaak in de steek gelaten, en dat beperkt zijn perspectieven ernstig. Feyenoord en Bijlow zouden nu samen moeten nadenken over de toekomst — of die nu ligt onder de lat, op het trainingsveld of misschien een combinatie van beide.
Wat er ook gebeurt, een afscheid van het veld betekent niet per se een afscheid van Feyenoord. Bijlow verdient een eerlijke kans om zijn carrière zélf af te sluiten, maar ook een vangnet voor het moment dat het echt niet meer gaat. En wie weet, misschien is dit juist het begin van iets nieuws.
